Trainingsfilosofie
t’is aan de ruiter om vast te stellen wat de juiste werksessie van de dag zal worden.
Ik heb een bepaalde routine met de paarden, ik neem altijd vast de tijd om naar een goede ontspanning toe te gaan. Maar deze zal natuurlijk niet elke dag identiek hetzelfde zijn, een schema af en toe veranderen kan ervoor zorgen dat uw paard niet aan verveling leid. Met sommige paarden zal het soms beter zijn om eerst in galop los te rijden. Soms is het beter om het paard voor het werken te longeren en andere weer niet.
In het beginstadium van de training onder het zadel van een jong paard, moet je altijd goed op letten dat de TAKT, ONTSPANNING en AANLEUNING steeds correct blijven.
Met deze elementen om je op te concentreren begeleid je het paard door een gewenningsfase, die de basis vormt van de training van het paard voor de toekomst.
Als dit fase bevestigd is, kan je verder gaan met de ontwikkeling van de stuwkracht of voorwaartse drang met het IMPULS en RECHT RICHTEN.
Deze richtlijn biedt niet alleen een solide platform voor de jonge paarden, maar ook een basis voor meer gevorderde paarden om zich aan te houden, in een geconcentreerde vorm, in iedere trainingssessie. Bovendien kan dit systeem een basis vormen waar een paard op kan terugvallen om veiligheid en ontspanning te vinden als een zware trainingssessie spanning of stress heeft veroorzaakt. Als ruiter moet je deze principes constant in je achterhoofd houden; niet alleen in de eerste stadia van de training, maar ook als je op een hoger niveau komt. Alleen als al deze elementen bij elkaar komen, kan een correct eindresultaat worden bereikt.
Takt is belangrijk. paarden met takt maken regelmatige stappen of passen in iedere gang, waarbij de passen dezelfde afstand in dezelfde tijd afleggen. De takt moet in de overgangen en de wendingen bewxaard blijven, evenals op de rechte lijnen. in de draf moet iedere drafpas bijvoorbeeld evenveel ruimte hebben en het ritme moet regelmatig zijn. De training is niet correct als de takt niet zuiver is.
Ontspanning is een essentieel element in het begin van de training. Een paard moet over zijn rug gereden worden met ontspannen spieren, lichamelijk en geestelijk ontspannen zijn zodat hij zichzelf volledig kan geven. Tekenen die erop duiden dat een paard soepel en onstpannen is, zijn een tevreden uitdrukking (ogen en orenspel), een gelijkmatig verende rug, een gesloten( maar niet onbeweeglijke) mond en een gedragen, in het ritme van de beweging heen en weer gaande staart.
Bij het ontspanning of losrijden ga ik meer voor iets langere teugels waarbij de paarden zich beter los kunnen maken in de rug en hals, voor de iets wat minder gemotiveerde paarden zal ik ze maar voorwaarts druiven en voor de andere vragen om op mijn zit te wachten.
hiervoor heb ik een voorkeur voor de rechte lijnen of grote cirkels. Ik zal de overgangen meenemen stap, draf, galop maar ook in de gang zelf .
TVA: BE0653722689 - +32(0) 472/441773 - Laurent Paquot
Put on web by www.acCOMpagne.be